LG-21. Vrijwilliger bij de voedselbank – deel 4

Hoe komt de Épicerie Solidaire aan haar producten? In een centrale voedselbank in de buurt brengen de supermarkten hun producten die tegen de verkoopdatum aan zitten of die gewoonweg niet goed verkopen. Vers, ingeblikt en voorverpakt (lees: bewerkt) voedsel.

Niet alleen ‘nuttig’ eten; er ligt ook zout en zoet lekkers. Verder schoonmaakspullen en producten voor de persoonlijke hygiëne. Totaal ad random wat er ligt. Net de Aldi of de Lidl, daar weet je ook nooit precies wat je kunt verwachten.

Kerstmannetjes met de Pasen

Daar haalt onze Épicerie Solidaire de spullen die wij nodig hebben. Als er te kort is, wordt bijgekocht uit de kas van Maison de Projets. Het is bijna Pasen, maar er liggen nog chocolade Kerstmannetjes in de verkoop!

Bij de verkoop moeten de vrijwilligers goed opletten als de houdbaarheidsdatum krap wordt en zorgen dat het product de deur uitgaat. Klanten moet daar ook op geattendeerd worden, zodat ze niet te lang wachten met het voorbereiden van dat eten.

Belrondje

Donderdagmiddag bellen de vrijwilligers de klanten die helemaal niet kunnen komen. Gezondheidsproblemen e.d. kunnen hun komst belemmeren, ook als ze opgehaald zouden kunnen worden. En de lijst met aanwezige producten wordt voorgelezen en ze kunnen kiezen wat ze wensen. Vrijdagmorgen levert een vaste groep met de auto de goederen overal af.

Klessebessen

Onderdeel van het vrijwilligerswerk is om met de klanten te klessebessen. “convivialité”, noemen ze dat: gezelligheid creëren. Aan een koffietafel zit iedereen op een hoge kruk zit en drinkt wat. Vaak is er ook wat lekkers.

 

Wie komt er zoal binnenwandelen? Tandeloze bekjes met gekromde rug, maar ook vrouwen met geverfde haren en prettig opgemaakt. Op mijn eerste dag word ik aangestaard door een moeder en dochter. Ik schat die moeder rond de vijftig, hoewel ze eruitziet als tachtig. De magere vrouw heeft lange, roodgeverfde sprietige haren. Haar gebit staat nog voor de helft en de andere helft ziet er onaantrekkelijk uit. Haar dochter naast haar is net zo mager, maar ze heeft al haar tanden gelukkig nog. Ze glimlachen vriendelijk naar me. Ik zeg gedag terug en dan zegt de dochter “vous êtes tellement jolie”. Ik ga er bijna van blozen. Complimenten komen soms uit de meest onverwachte hoek.

Asfalteren

Michael (Franse vader, Britse moeder) woont in een huis met tien personen:  “Mijn ouders, mijn zus met man en vijf kinderen en ikzelf met mijn zoon, die eens per twee weken komt. Laatst had we er nog eentje bij, die moest herstellen van het één of ander. Ik vind het wel gezellig al die drukte. Dat brengt leven in de brouwerij.” Michael komt hier duidelijk voor een gezellig praatje en praat honderduit. Als hij hoort dat ik uit Nederland kom, vraag hij meteen of ik Engels spreek. “Zeker, maar ik ben hier gekomen voor mijn Frans, dus je kunt niet je Engels op mij uitoefenen.” Hij continueert in het Frans. Vrolijke man. De week daarop vertelt hij dat dit voorlopig de laatste keer is bij de voedselbank. Hij heeft voor zes maanden werk gevonden, in Montélimar. Asfalteren van een weg. Als ik zeg dat Montélimar best een eind uit de buurt is, reageert hij: “Ik kom daar oorspronkelijk vandaan, dus ik ben heel blij met dit werk daar in de buurt.” Een andere klant vertelt dat hij ook mogelijk binnenkort werk heeft en dus – in ieder geval voorlopig – niet van de voedselbank gebruik hoeft te maken.





Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *